Lunteren

+31 318 565653 smps@smps-mp.com

Boeken, tijdschriften, magazines, artikelen, etc. [7 van 8]

NRC 20211203 Lawrence Weiners werk gaf de kijker denkruimte (*1)

nrc-handelsblad-20211203-4407426-lawrence-weiners-werk-gaf-de-kijker-denkruimte – nrc-handelsblad-20211203-4407426-lawrence-weiners-werk-gaf-de-kijker-denkruimte

Necrologie Lawrence Weiner 1940 – 2021 Kunstenaar
Lawrence Weiners werk gaf de kijker denkruimte
Met zijn talige kunst was Lawrence Weiner een grondlegger van de conceptuele kunst.

Door onze medewerker Sandra Smets

In Amsterdam aan het Spui kun je erover struikelen als je niet oplet: de stenen tableaus in het trottoir. Iets verhoogd boven straatniveau liggen daar sinds 1986 deze gestileerde boekvormen met de tekst ‘Een vertaling van de ene taal naar de andere’, die in verschillende talen op de verschillende bladzijden staat. Ze zijn gemaakt door de Amerikaanse kunstenaar Lawrence Weiner, die vooral in New York woonde maar ook in Amsterdam, waar hij een woonboot had. Donderdag overleed hij op 79-jarige leeftijd. Zijn IJslandse galerie i8 maakte zijn overlijden bekend.

Aan beide kanten van de oceaan werkte hij sinds de jaren zestig aan een oeuvre waarin tekst het hoofdbestanddeel was. Maar omdat je tekst in een bepaalde vorm moet kunnen lezen, werd ook de uitvoering ietwat noodgedwongen onderdeel van zijn werk. „Ik heb niets tegen objecten, maar ik heb er geen belangstelling voor om ze te maken”, zei hij in 2005 tegen Frieze Magazine. Toch was hij teksten in materiële vorm gaan omzetten, in steen, brons, soms ook op affiches of lucifersdoosjes – als de tekst maar in de gedachten van de beschouwer kon uitgroeien tot een visuele voorstelling.

Het was altijd een eenvoudig en schreefloos lettertype, zoals de bronzen letters in Museum Boijmans Van Beuningen in Rotterdam. ‘Worn down enough by erosion to allow the flow of all but that which through damming is closed off’, is daar te lezen op het marmer van een trappenhuis in de oudbouw. Al bedacht Weiner werken niet per se voor een omgeving, deze speelt wel mee. Zo kun je de glooiing van de marmeren muur meenemen in je gedachten bij die zelfbedachte voorstelling over water en erosie.

Cryptische zinnen
Een werk kunnen afmaken in je gedachten, was waarom Weiner taal het belangrijkst vond. Daarmee gaf hij een nieuwe draai aan de relatie tussen kunstenaar en beschouwer. „Op het moment dat je een werk van
mij kent, dan bezit je het. Ik kan op geen enkele manier in iemands hoofd kruipen en het verwijderen”, zei hij daarover in 2007. De uitleg ligt bij de beschouwer, ook als het cryptische zinnen zijn, wat niet direct eenvoudig is. Maar, zei hij daarover tegen Metropolis M in 2013: „De kans dat het werk verkeerd geïnterpreteerd wordt is niet heel groot; er kan maar weinig misgaan.”

De waarde van het kunstwerk zit hem dus in de gedachte, sinds de jaren zestig al, en dat maakte hem een van de vroege conceptueel kunstenaars. Niet dat zijn ouders daar met een vertrouwen in hadden. Hij was in 1940 geboren in de Bronx, New York. „Lawrence, je breekt je eigen hart”, zou zijn moeder gezegd hebben toen hij aankondigde kunstenaar te willen
worden, iets wat hij goeddeels autodidact zou doen. Gezien zijn talent voor logica had zijn familie verwacht dat hij die kant uit zou gaan, de filosofie. Maar het werd kunst, hoewel talig – ook een soort logica.

Zonder richting
Zijn kunst ging de wereld over. Vier maal deed hij mee aan de Documenta in Kassel, vanaf 1972, vier maal aan de Biënnale van Venetië. In 2007 opende een groot retrospectief in Los Angeles en New York, waarbij de zin ‘As far as the eye can see’ op de gevel van het Whitney Museum werd bevestigd. Zijn werk bevindt zich in tal van Amerikaanse en Europese musea, in Nederland vooral in het Stedelijk Museum Amsterdam, al sinds de jaren zestig een thuishaven voor Weiners werk.

Daar opende in 2013 de tentoonstelling Written in the Wind met zo’n driehonderd werken op papier en enkele navigaties (ook video, geluid, boeken en zelfs opera behoorden tot zijn werkterreinen). In deze tentoonstelling waren navigatie en zeeën terugkerende elementen, maar een duidelijke richting gaven ze niet. Ze herinneren aan zijn bijbaantjes van vroeger in de haven en op olietankers. Nu op papier wezen pijlen vooral naar elkaar of richting het grotendeels wit gelaten vel met teksten als ‘Lo & behold’ of ‘Quo vadis’. Niet richtinggevend scheppen ze vooral denkruimte, zodat je nadenkt over de woorden en de ontstane leegte, bevrijd van dogma’s of regels, opdat je mentaal weg kunt varen.


NRC 20211202 Schilderijen zijn foto’s uit een andere tijd (*1)
nrc-handelsblad-20211202-4407111-schilderijen-zijn-fotos-uit-een-andere-tijd – nrc-handelsblad-20211202-4407111-schilderijen-zijn-fotos-uit-een-andere-tijd

FOTOGRAFIE
Schilderijen zijn foto’s uit een andere tijd
Kinderen mochten op de foto zoals bij Rembrandt. Zo zagen ze zichzelf van buitenaf, schrijft Mariëtte Haveman.

Mijn oma had boeken vol afbeeldingen van oude schilderijen. Daar zette ze mij achter, lang geleden, tijdens logeerpartijtjes als zij ging bridgen met haar vriendinnen. Een verantwoorde oplossing om een kind een uurtje zoet te houden, dacht zij, maar ik herinner me nog steeds goed hoe eng en raadselachtig ik die plaatjes vond. Niet alleen de echt interessante taferelen, ook de gezichten die je aankeken vanuit verre eeuwen wekten bij mij een bepaalde huiver die ik nog steeds kan oproepen. Er steeg een vreemde wereld uit die plaatjes op, een spook-vroeger vol ernstige gestalten die opdoemden uit een bruinig duister.

Daar moest ik aan denken, kijkend naar het project ‘Hoed op voor Rembrandt’ dat Marije van der Hoeven jarenlang deed met schoolkinderen in Amsterdam, en als uitwisselingsproject met kinderen uit Berlijn. Kinderen mochten op de foto zoals Rembrandt mensen portretteerde, met behulp van een geïmproviseerde fotostudio, zelfgemaakte hoeden en zaklampen voor het typische Rembrandtlicht. Er kwam een hoedenmaker om te helpen, en de fotograaf hielp natuurlijk ook.

Er was een belangrijk aandachtspunt, vertelt Van der Hoeven op mijn vraag in hoeverre zij het project had gestuurd: de kinderen moesten poseren met rechte rug, en zonder te lachen. „En dat vonden ze zelf het vreemdst toen ze de foto’s bekeken. Kinderen nu zijn erg vertrouwd met zichzelf op foto’s, maar door die houding zagen ze zichzelf ineens als een vreemde. Als het ware van buitenaf.”

Het project is nu te zien in het Amsterdamse Rembrandthuis, maar komt daar wat in het gedrang tussen veel Rembrandtieke belettering en een andere educatieve opstelling. Er is ook een boekje gemaakt, waarin de foto’s te zien zijn naast de reactie van de kinderen op hun eigen fantasieversie: „Je ziet iemand die niet van deze tijd is. Een belangrijk kind.” En: „Alsof ik mezelf zie op een fotoschilderij uit een andere tijd.” Dat is hoe kinderen naar oude schilderijen kijken: als foto’s uit een andere tijd.

Nu bevonden ze zich opeens aan de ander kant van de lijst, en zagen ze dat je zoiets gewoon kunt maken, desnoods met een zaklantaarn, een ernstige blik en niet te vergeten de verkleedkist waar de echte Rembrandt ook zo op was gesteld.

Het fijne van foto’s is dat ze zo perfect zijn van zichzelf. De museale opdracht ‘teken je eigen Rembrandt (Vermeer, Van Gogh)’ leidt tot nederigheid en zelfreflectie, maar je komt er geen stap nader mee tot de wereld achter de lijst. Dat geldt vaker voor educatieve kunstprojecten. Er is veel te doen en te bekijken maar het verbindt niet echt met die oude taferelen.

Hier zit het mooie van de methode Van der Hoeven. In 1994 maakte zij het meesterlijke boek Klik ik heb je, vol foto’s van doodgewone dingen: een waterglas, een schaduw, die hun gewoonheid afleggen zodra ze op het platte vlak terechtkomen. Haar foto’s onthullen altijd een klein geheim over de taal van het beeld. Een glimp van de grote machinekamer van de kunst, waardoor een kind er opeens bij kan.
Marije van der Hoeven: Hoed op voor Rembrandt is t/m 9 januari 2022 te zien in het Rembrandthuis, Amsterdam


NRC 20211202 Er valt een wereld te winnen met lichtheid (*1)

nrc-handelsblad-20211202-4407080-er-valt-een-wereld-te-winnen-met-lichtheid – nrc-handelsblad-20211202-4407080-er-valt-een-wereld-te-winnen-met-lichtheid


Er valt een wereld te winnen met lichtheid
RECENSIE TENTOONSTELLING Met twintig topwerken van de lichtvoetige Alexander Calder is het onmogelijk om deze winter chagrijnig rond te lopen in de Rotterdamse Kunsthal.

Door onze medewerker Lucette ter Borg

Denk aan alles wat vederlicht is: visgraten, houtjes, grassprieten, muizenbotjes, herfstbladeren en paardenbloempluizen. Bedenk vervolgens een perfect evenwicht tussen al die vederlichte dingen. Aan dunne metalen draden dwarrelt alles in de lucht, beweegt op de wind, tekent vormen in de ruimte, vormen die soms piepklein, maar soms ook reusachtig zijn.

Er is maar één kunstenaar die zo verbonden is met lichtheid – met de magie van niets dat iets schitterends wordt, van grapjes over afmeting, vorm, materiaal en het tarten van zwaartekracht – als de Amerikaanse kunstenaar Alexander Calder. Geboren op de rand van de negentiende en de twintigste eeuw en gestorven in 1976, is hij de eerste kunstenaar die het beeld van zijn sokkel haalt, er lichtvoetige mobiles van maakt en primaire kleuren toevoegt. De aandoenlijke vogels en vissen, de circusfiguren, honden en poppetjes die hij als jongetje en jongeman maakt van ijzerdraad, gevonden schroot en stronken hout, laat hij varen als hij in 1930 kennismaakt in Parijs met Piet Mondriaan. Die kennismaking omschrijft Calder als een blikseminslag. Hij begint abstracte mobiles te maken en stabiles, zoals zijn vriend Marcel Duchamp zijn staande, vaak monumentale beelden noemt.

Op de tentoonstelling Calder Now in de Rotterdamse Kunsthal, is het onmogelijk om chagrijnig rond te lopen. Want wat een vrijmoedigheid stralen de twintig werken van Calder uit, die zijn samengebracht door de Calder Foundation in New York. En met die vrijmoedigheid – waarvan je je beseft dat ze nog kón in de eerste helft van de twintigste eeuw omdat alles nog nieuw gemaakt kon worden – overvalt je ook een zekere melancholie. Wat was er nog veel toekomst te winnen.

Lastig te overtreffen
In 2012 organiseerde Doede Hardeman van het Kunstmuseum in Den Haag een lastig te overtreffen, nagenoeg compleet overzicht van Calders werk. De huidige tentoonstelling Calder Now kan daar niet aan tippen, maar dat ligt niet aan het werk van Calder. De twintig werken geven een goed overzicht van het werk van de luchtkunstenaar, ontstaan in de laatste veertig jaar van zijn leven. Daarbij krijgen de werken – broodnodig bij Calder – lekker veel ruimte.

Zo komt de nog steeds geweldige, grote én verfijnde mobile Descending Spines (1956) perfect tot haar recht. Twee zwart geverfde metalen cirkels (één van het formaat soeplepel, de ander paplepel) vormen het contragewicht van sierlijke metalen sprieten, draden en knoopjes.

Ook niet overbekende werken zijn aanwezig, waaronder een slungelig knalrood beeld Sphere Pierces by Cylinders (1939) en – het vroegste beeld op de tentoonstelling – een motorisch aangedreven maquette voor de Wereldtentoonstelling van 1939 in New York. Helaas mag je het motortje van de maquette niet bedienen, waardoor de staande, abstracte en fel geschilderde halve cirkels, de van oud metaal opengeknipte spiraal en het rode met gele vierkant, stokstijf staan. Vanaf 1964, op het grote Calder-retrospectief in het Guggenheim in New York, is het aanraken van zijn mobiles en beelden taboe. De kunstenaar was het geduw en getrek aan zijn werk beu. Zijn werk mag er dan wel speels uitzien, speelgoed is het niet. Daarvoor zijn de onderdelen te fragiel.

Vervreemdend
De reden dat Calder Now niet overtuigt, en zelfs een beetje vervreemdend is, is de selectie van de hedendaagse kunstenaars door de Oostenrijkse gastcuratoren Dieter Buchhart en Anna Karina Hofbauer. Het tweetal heeft zo’n beetje alle criteria die in de beeldende kunst gelden, toegepast op het werk van Calder. En zo wordt Calder ‘performance’ als de Japanse Aki Sasamoto een performance doet met schuivende wandpanelen. Zo valt Calder in de categorie ‘geluid en wetenschap’ bij een lawaaierige keuze voor de Duitse Carsten Nicolai, terwijl Nicolai juist de subtiliteit van Calder mist. Zo hoort Calder ook bij ‘vergeten technieken’ en staat er van Simone Leigh – de Amerikaanse inzending voor de Biennale van Venetië komend jaar – een weliswaar schitterende keramische en zout geglazuurde buste (Titi, 2021), maar met Calder heeft dit politieke werk weinig relatie.

Van de kunstenaars van wie je meteen denkt ‘ha, die klopt’, is er bovendien soms zwak gekozen. De Zwitserse Roman Signer bijvoorbeeld, experimenteert zijn leven lang al met vallen, door het ijs zakken, met waterkracht en ontploffingen. Maar in de Kunsthal is hij aanwezig met een grote, verbogen orgelpijp die over een schraag staat geknakt, en een wit overhemd aan een ballon. Dat is mager voor een kunstenaar die zoveel verwantschap heeft met Calder.

Er zijn twee kunstenaars die er wel in slagen om iets van de magie van Calder over te brengen. Dat is de Braziliaan Ernesto Neto, die een ruimte goudgeel vult met reusachtige soort van olifantpoten van pantystof. De voeten van de pilaren zijn gevuld met sterk geurende kruidnagel, safraan en komijn. It Happens When the Body is Anatomy of Time (2000) is groots én efemeer, zoals de mobiles van Calder dat zijn.

Ook de Poolse Monika Sosnowska demonstreert een geloofwaardige verwantschap met Calder. Sosnowska toont drie reusachtige hangende, abstracte beelden. Gate 2, 3 en 4 heeft ze in 2014 in de Calderresidentie in het Franse Saché ontwikkeld. Het zijn beelden die eruitzien alsof een kolchoz-tractor over fabriekspoorten, speeltuinen, bushokjes en ander Oostblok-straatmeubilair is gereden. Bij Sosnowska zijn de verfrommelde resten in een strak, knallend gekleurd jasje gestoken en opgehangen aan het plafond. Daar rusten ze, als overblijfselen van een totalitair systeem, lichtvoetig, grimmig maar ook hoopvol. Hun deuren, kieren, scheuren staan open naar een toekomst waarvan nog veel te verwachten is.

Beeldende kunst
Calder Now – met werk van o.a. Alexander Calder, Monika Sosnowska, Simone Leigh en Ernesto Neto.
T/m 29 mei 2022 te zien in Kunsthal, Rotterdam. Catalogus: €39,99


Kunst begrijpen (*) – Stephen Little – Librero (2017) – ISBN: 9789089988195

Eindelijk: de perfecte gids op zakformaat voor galerie- en museumliefhebbers die algemeen geïnteresseerd zijn in kunst, maar niet per se een formele opleiding in de beeldende kunst hebben genoten. Met dit handzame en onmisbare hulpmiddel bij de hand kan iedereen zichzelf rondleiden in de prestigieuze musea en belangrijke kunstverzamelingen in de wereld, en op een intelligente manier de belangrijkste stromingen bespreken die de kunstwereld gestalte hebben gegeven. Deze editie is bijgewerkt met een aantal nieuwe stromingen.


Moderne en hedendaagse kunst begrijpen – Sam Phillips – Librero (Druk 1) – ISBN: 9789463590440

Elke kunstbeweging, als eerste het impressionisme, wordt beschreven volgens een gemakkelijk toegankelijke formule. Deze behelst een korte samenvatting, een opsomming van belangrijke kunstenaars en termen, een diepteanalyse en illustraties van kunstwerken die het bewuste isme toelichten. Van het vooroorlogse kubisme en het naoorlogse abstract expressionisme tot de 21e-eeuwse street art wordt de geschiedenis van de moderne en de hedendaagse kunst beschreven zoals deze zich van beweging tot beweging ontvouwde. Beroemde stromingen als surrealisme en popart en minder bekende avant-gardebewegingen als orfisme, Fluxus en neo-expressionisme staan hier zij aan zij.

Deze onmisbare gids voor moderne en hedendaagse kunst belicht alle belangrijke ‘ismen’ – de groepen, stijlen en scholen die de kunst hebben gevormd vanaf de late 19e eeuw tot nu. Elke kunstbeweging wordt beschreven door een korte samenvatting, een opsomming van belangrijke kunstenaars en termen, een diepteanalyse en illustraties van kunstwerken die het bewuste isme toelichten. Van het vooroorlogse kubisme tot de 21e-eeuwse street art wordt de geschiedenis van de moderne en de hedendaagse kunst beschreven. Ook alle belangrijkste beeldende kunstenaars van de afgelopen 150 jaar worden in hun context geplaatst, van moderne meesters als Claude Monet en Andy Warhol tot hedendaagse kunstenaars als Jeff Koons en Banksy.


Handboek Macrofotografie – Maak groot wat klein is! – Pieter Dhaeze – Van Duuren Media (2017) – ISBN: 9789059409385

In deze tijd waar elke dag miljoenen foto’s gemaakt worden, is het niet eenvoudig om onderscheidend te fotograferen. Ieder denkbaar onderwerp is vanuit elk standpunt al vele malen vastgelegd. Bent u enthousiast fotograaf en wilt u uw publiek – en uzelf – toch nog verrassen met bijzondere foto’s, stap dan eens in de wereld van macrofotografie. Daarmee opent u onderwerpen die voor het gewone oog gesloten blijven en dus de aandacht trekken van een ‘argeloze’ kijker.

Het welslagen van macro- en close-upfoto’s is net als andere disciplines in de fotografie afhankelijk van vier hoofdfactoren: gereedschap, kennis, vaardigheid en creativiteit/inspiratie. Deze vier aspecten vormen de basis van dit boek en komen uitgebreid aan de orde. Welke lens heb ik nodig? Wat is scherptediepte? Wat zijn de belangrijkste instellingen? Hoe kader ik een aantrekkelijk beeld? Op al deze vragen krijgt u antwoord in deze uitgave door middel van heldere tekst en duidelijke illustraties en voor de nodige inspiratie is het boek gelardeerd met mooie macro- en close-upfoto’s.

Ter afsluiting wordt de theorie aangevuld met drie prachtige portfolio’s. Huub de Waard laat u kennis maken met alle facetten – letterlijk – van microfotografie. Johan van de Watering laat in het veld zijn meesterlijke kijk op compositie en natuurlijk licht zien. Leon Baas bevriest zijn kruipende en vliegende modellen met flitslicht tot sprookjesachtige beelden.


Focus op fotografie: Avond- en nachtfotografie – Van Duuren Media (2017) – Jeroen_Horlings en Kees_Krick – ISBN: 9789463560153

Bijna niets is zo betoverend als een nachtfoto. Denk aan een stad bij nacht, met verlichte gebouwen en lantaarns langs straten en wegen. Lichtreclames van winkels in allerlei kleuren. Mysterieuze landschappen, slechts verlicht door de maan. Of de indrukwekkende sterrenhemel en de Melkweg. Het is een heel andere wereld dan die wij overdag waarnemen, letterlijk een verschil tussen dag en nacht.

’s Avonds en ’s nachts fotograferen is op belangrijke punten anders dan overdag fotograferen. Zo is timing heel belangrijk. Het tijdstip waarop u de mooiste beelden schiet, luistert nauw. Niet ieder moment aan het eind van de dag biedt mooi licht. U leest in dit boek onder meer hoe u tijdens het blauwe uur, in de schemering en in het donker te werk kunt gaan. U leert de samenhang tussen diafragma, sluitertijd en ISO-waarde en wat de beste instellingen voor verschillende situaties zijn. Gewapend met deze kennis, maakt u de mooiste avond- en nachtfoto’s.


Focus op fotografie: Straatfotografie – Huub Keulers en Marcel van der Looij – Van Duuren Media (2020) – ISBN: 9789463561921

Hoe mooi zou het zijn als je alledaagse taferelen kunt omzetten naar pakkende beelden. Om van andere fotografen te horen hoe zij dit aanpakken. Om over je schroom heen te komen om op straat te fotograferen en wat te doen als je betrapt wordt. Om te weten waar je wel en niet mag fotograferen en wat de wet hierover zegt.

Een antwoord hierop krijgen is een van de redenen waarom dit boek geschreven is. Het behandelt bovendien de vraag welke apparatuur je nodig hebt, hoe je mensen onopvallend fotografeert en hoe je je foto’s nabewerkt. Maar ook minder voor de hand liggende aspecten – zoals compositie, het samenstellen van een portfolio of serie en het effect van kleur in je foto – komen aan bod.

Dit boek is geschreven op een manier die voelt alsof de auteurs naast je zitten en met je in gesprek zijn. Hun werkwijze, tips en trucs zijn gebaseerd op jarenlange ervaring in de straatfotografie. Ze proberen het vooral niet te technisch te maken, want techniek is maar een heel klein onderdeel van straatfotografie. Het is belangrijk dat je situaties op straat ‘aanvoelt’ en er plezier in krijgt, maar vooral dat je merkt dat je betere foto’s gaat maken.

Het boek is doorspekt met direct toepasbare tips en talloze inspirerende foto’s. Het kan zowel de beginnende als de gevorderde straatfotograaf aanzetten om zijn of haar straatfoto’s naar een hoger level te tillen.


Visie op fotografie – Huub Keulers en Lorette Janssen -Van Duuren Media (2021) – ISBN: 9789463561983

Wat maakt een fotograaf succesvol? Succesvolle fotografen blinken vaak uit in één of meerdere specialismen, die ze zich helemaal eigen hebben gemaakt. Het resultaat van die visie is inspirerend, omdat het zo onderscheidend is. Hoe mooi is het om van deze prachtige beelden, zienswijzen, ervaringen en adviezen te leren en zo zelf ook betere foto’s te maken? Dat wil uiteindelijk toch iedere serieuze fotograaf?

In dit boek neem je, bij maar liefst 15 Nederlandse topfotografen, een kijkje achter de schermen. Aan de hand van interviews, voorzien van geweldige beelden, worden persoonlijke verhalen en ervaringen gedeeld. Je leest hoe ze te werk gaan, welke camera’s en lenzen ze gebruiken, wanneer een beeld voor hen geslaagd is, hoe zij zich onderscheiden en waardoor ze geïnspireerd raken. Zowel de beginnende als de gevorderde fotograaf vindt hier heel wat praktische tips en bijbehorende inspiratie. Een visie en portfolio van de auteurs, die niet alleen schrijven maar zelf ook fotograferen, is eveneens opgenomen in dit boek. Net als een introductie van digitaal kunstenaar Marc Bijl, die een geheel andere creatieve stijl hanteert. Deze diversiteit en het persoonlijke karakter van de interviews, zorgen ervoor dat iedereen wel iets interessants in dit boek zal vinden. Laat je dus verrassen en inspireren door de interviews met betrekking tot:

  • Architectuurfotografie (Tony Vingerhoets)
  • Documentairefotografie (Ilvy Njiokiktjien)
  • Dronefotografie (Wiebe de Jager)
  • Foodfotografie (Kamile Kave)
  • Formule 1-fotografie (Peter van Egmond)
  • Hondenfotografie (Monica van der Maden)
  • Kinderfotografie (Eva Snoijink)
  • Landschapsfotografie (Nando Harmsen)
  • Muziekfotografie (Bart Heemskerk)
  • Newbornfotografie (Brenda Olie)
  • Portretfotografie (Bram van Dal)
  • Reisfotografie (Laura Vink)
  • Straatfotografie (Jeroen Swolfs)
  • Trouwfotografie (Leonard Walpot)
  • Urban furbexfotografie (Alice van Kempen)

Zo werkt Affinity Photo (*) – Bob Timroff – Van Duuren Media (2020) – ISBN: 9789463561341

Er zijn maar weinig mensen die nog nooit hebben gehoord van het programma Adobe Photoshop. De term ‘fotoshoppen’ is zelfs synoniem geworden aan het digitaal bewerken van foto’s en afbeeldingen met de computer.

Affinity Photo is hét betaalbare alternatief voor Photoshop en is beschikbaar voor zowel Mac als Windows. Met Affinity Photo bewerkt u foto’s en maakt u nieuwe ontwerpen met bekende gereedschappen in een herkenbare gebruikersomgeving. Affinity Photo kent lagen, effecten en tal van andere geavanceerde zaken die in dit boek haarfijn uit de doeken worden gedaan. Auteur Bob Timroff bespreekt onder andere de volgende onderwerpen:

  • De persona’s van Affinity Photo
  • Voorkeuren en instellingen bepalen
  • Kleurmanagement
  • Kennismaken met de gebruikersomgeving
  • Geavanceerde bewerkingen met Liquify
  • RAW-bestanden bewerken
  • Kleurcorrecties
  • Werken met lagen en filters
  • Tekengereedschappen gebruiken

De blinde fotograaf – Leven en werk van Hannes Wallrafen (*) – Hannes Wallrafen – Atlas Contact (2018) – ISBN: 9789045032238

In De blinde fotograaf vertelt Hannes Wallrafen wat er met iemand gebeurt als die zijn belangrijkste zintuig moet missen. Internationaal befaamd fotograaf Wallrafen werd op 53-jarige leeftijd blind. Een nachtmerrie voor ieder mens, maar zeker voor een fotograaf. De wereld werd een visuele herinnering. De blinde fotograaf is Wallrafens levensverhaal. Hij groeide op in het Duitsland van kort na de oorlog, vertrok naar Nederland en ontwikkelde zich tot fotograaf die gaandeweg roem vergaarde. En dan volgt de schokkende diagnose: door een erfelijke aandoening zal hij in hoog tempo blind worden. Na een periode van grote wanhoop herneemt hij zich en gaat zich verdiepen in de wereld van de zintuigen. Hij ontdekt de mogelijkheid beelden via geluid uit te drukken. Zijn nieuwsgierigheid, zijn kunstenaarschap blijken zijn redding. Wallrafen vertelt over de alledaagse ongemakken van de blinde en van zijn zoektocht naar inspiratie.

Hannes Wallrafen (1951) geboren in Duitsland woont al ruim veertig jaar in Nederland. Na zijn fotografie opleiding aan de Rietveld Academie maakte hij snel naam. Wallrafen heeft een belangrijke rol in de Nederlandse fotogeschiedenis gespeeld met zijn bijdrage aan de ontwikkeling van de documentaire fotografie. Hij gebruikte zijn camera als wapen om onrecht binnen en buiten ons land aan de kaak te stellen. Hij reisde onder andere naar Iran, Noord-Ierland, India en Chili en publiceerde zijn foto’s in talloze boeken en tijdschriften. In 2004 werd Wallrafen blind. Hij was in staat zijn leven een radicale wending te geven. Hij ging zich verdiepen de omzetting van geluid in beeld. In plaats van fotograaf werd hij ‘audiograaf’. Hij richtte de Stichting ‘Geluid in Zicht’ op. Op bol.com vind je alle boeken van Hannes Wallrafen, waaronder het nieuwste boek van Hannes Wallrafen.

Voor mij betekenisvolle passages:

Blz. 162: Parallelle wereld.
Wiki – Parallel_universum – Wiki – Parallel_universum
Wiki – Metaverse – Wiki – Metaverse

Blz. 176: “Het portret is een afbeelding van iemand die weet dat hij/zij gefotografeerd wordt.” Een portret is dus de weergave van de samenwerking tussen geportretteerde en fotograaf. – Richard Avedon.
Wiki – Richard_Avedon – Wiki – Richard_Avedon

Blz. 180: “Je geeft me geen exacte beschrijving van je portret, maar je geeft me wel de ingredienten van hoe je tot een aanpak komt. Daaruit kan ik me heel goed een voorstelling maken.”


60 jaar Fotoclub Oog & Optiek – (1962 – 2022) (*) – Oog & Optiek (2022)

Uitgereikt aan alle clubleden tijdens de clubavond op woensdag 19 januari 2022.


Goed kijken begint met negeren – De kunst van opmerkzaamheid (*) – Wieteke van Zeil – Atlas-Contact (2018) – ISBN: 9789045036557

Op sprankelende, enthousiasmerende en praktische wijze legt Wieteke van Zeil uit hoe kunst je helpt opmerkzamer te worden, in het museum en daarbuiten

We kijken grotendeels onbewust – en daardoor gaat veel aan ons voorbij. Goed kijken begint met negeren is een gids voor iedereen die beter wil kijken. Wieteke van Zeil laat zien dat kunst daarbij kan helpen: kunstenaars zien immers vaak wat ons nog ontgaat, en ze tonen andere perspectieven dan die we al kennen. In 56 verhalen verbindt ze de mooiste kunstdetails soepel aan ons dagelijks leven. Ze geeft praktische tips om met meer gemak en plezier naar kunst te kijken, onderbouwd met wetenschappelijke inzichten over hoe wij waarnemen. Ook spreekt ze met kijkexperts uit andere vakgebieden over de geheimen van hun opmerkzaamheid. Van Zeil laat zien dat onvermoede details een nieuwe wereld kunnen openen. Goed kijken begint met negeren maakt je opmerkzamer, in het museum en daarbuiten.

Wieteke van Zeil is kunsthistorica en is als kunstredactrice verbonden aan de Volkskrant. Ze is enkele malen te gast geweest bij De Wereld Draait Doorom haar visie te geven op kunst en tentoonstellingen.wietekevanzeil.nl Op bol.com vind je alle boeken van Wieteke van Zeil, waaronder het nieuwste boek van Wieteke van Zeil.


De kunst van het observeren – Scherper denken door aandachtig kijken – Amy E. Herman – Atlas Contact (2016) – ISBN: 9789045028309

Amy Herman leert ons in De kunst van het observeren nauwkeuriger waar te nemen en daar effectiever over te communiceren. Ieder van ons mist soms essentiële informatie. Eén detail over het hoofd zien of één woord verkeerd interpreteren heeft direct gevolgen voor hoe we ons werk doen, hoe we met anderen omgaan en hoe we onze kansen en bedreigingen inschatten. Iedereen kent inmiddels het beroemde voorbeeld van de gorilla die door het beeld loopt en die je in eerste instantie niet opmerkt. Hoe is dat mogelijk? Kijken naar kunst is Amy Herman’s uitgangspunt, samen met de lezer bestudeert en analyseert ze verschillende kunstvoorwerpen. Door de waterlelies van Monet te bekijken kun je je bedrijf miljoenen besparen, en door Automat van Edward Hopper te bestuderen kun je de dief van je portemonnee identificeren. Door aandachtiger te kijken leer je je gedachten te ordenen, strategisch en kritisch te denken, empathischer te zijn en betere besluiten te nemen.

Amy E. Herman is juriste en kunsthistorica. Ze ontwikkelde de training ‘The Art of Perception’ voor studenten geneeskunde om aandachtiger en scherper te observeren. Toen deze training succesvol bleek, werkte ze deze verder uit voor agenten, officieren van justitie en andere ordehandhavers voor wie oplettendheid essentieel is. Op bol.com vind je alle boeken van Amy E. Herman, waaronder het nieuwste boek van Amy E. Herman.


Vlieland 100 jaar Zomerhuizenterrein Duinkersoord (*) – Pieter van de Vliet & Noor Kruys-Harkema – 4 B.V. Uitgeverij (2022) – ISBN: 9789083246413

Omschrijving:

Het zomerhuizenterrein Duinkersoord op Vlieland dankt zijn naam aan Nanning Willem Duinker die met zijn creatieve geest en tomeloze ondernemerschap aan de basis heeft gestaan van het toerisme op Vlieland. Duinkersoord bestaat op 2 juni 2022 precies 100 jaar. Een mooie aanleiding voor een volledig nieuw en uitgebreid naslagwerk van 448 pagina’s over de geschiedenis van álle Vlielandse zomerhuizenterreinen: Duinkersoord, De Kaap, Vliepark en Ankerplaats. Van alle 235 duinhuisjes op Vlieland (het aantal is al decennia gemaximeerd) staat ook de ‘eigen geschiedenis’ beschreven met anekdotes, oude en recente foto’s. Veel van de oorspronkelijke huisjes zijn in de loop der jaren vervangen door nieuwe huizen. Maar er zijn ook nog steeds enkele authentieke huisjes te vinden …

De beide auteurs Pieter van de Vliet en Noor Kruys-Harkema delen hun passie voor authentieke Vlielandse duinhuisjes: “Hoe is dit alles ontstaan? Wie waren de pioniers die de eerste huisjes lieten bouwen en in welk jaar werd hun huisje precies gebouwd? Hoe was het daar in die beginjaren? Het vastleggen van deze historie is waardevol, zeker nu er steeds meer huisjes worden gesloopt en vervangen door nieuwbouw.”

 

Zomerhuizenterrein Duinkersoord 100 jaar:

Het zomerhuizenterrein Duinkersoord in de duinen bij het Noordzeestrand bestaat op 2 juni 2022 precies 100 jaar. Die dag zal daar op een feestelijke wijze bij stil worden gestaan. Reden genoeg om hier ook in deze VVV-gids aandacht aan te besteden.

Nanning Willem Duinker:
Duinkersoord dankt zijn naam aan de initiator van het toerisme op Vlieland: Nanning Willem Duinker. De in 1864 op Texel geboren Duinker was schipper, steenkoolhandelaar en scheepsmakelaar. Hij heeft met zijn creatieve geest en tomeloze ondernemerschap aan de basis gestaan van het toerisme op Vlieland. In 1895 is Duinker – getrouwd met een Vlielandse onderwijzeres – samen met enkele Vlielanders betrokken bij de oprichting van ‘NV Zeebad Vlieland’ die een badpaviljoen bouwt met badgelegenheid aan het strand, op de plaats waar nu strandhotel Seeduyn staat. Doel was om toeristen naar Vlieland te trekken zodat de Vlielandse middenstand hier direct en indirect van zou profiteren. In 1905 is Duinker ook de grote stimulator achter de oprichting van de VVV Vlieland onder de naam ‘Vlielands Belang’.

In 1920 richt Duinker de ‘NV Exploitatie Maatschappij Noordzeebad Vlieland’ op die alle aandelen van ‘NV Zeebad Vlieland’ overneemt. Als nieuwe eigenaar investeert Duinker in het opknappen van het badpaviljoen en later in de uitbreiding tot strandhotel.

Duinkersoord toen:
Op 2 juni 1922 neemt Duinker’s Exploitatiemaatschappij voor een periode van 75 jaar ca. 25 ha duin van de Staat in erfpacht: het huidige Duinkersoord. Doelstelling is de exploitatie en uitbreiding van de badplaats en de stichting van zomerverblijven. Duinker geeft percelen van het Duinkersoord terrein in ondererfpacht uit waarop eigenaren een huisje mogen bouwen. Het duurt even voordat Duinker mensen enthousiast krijgt voor dit idee. De eerste huisjes worden in 1929 gebouwd. Dit zijn de door Jan Timmer ontworpen en gebouwde ‘koepeltjes’ Open Zon en Zonrondom, een jaar later gevolgd door Sonnevanck (deze eerste drie huisjes staan er nog steeds).

In 1935 staan er al zo’n 40 huisjes op Duinkersoord, met name gerealiseerd door enkele bouwpioniers uit Harlingen: Anema & Westerhuis, Age de Bock, Fa. Krijtenburg, Posthuma Tigchelaar. Deze bouwpioniers moesten na afronding van de bouw van de Afsluitdijk (1927-1932) iets anders bedenken om hun; medewerkers aan het werk te houden. Men verwachtte een positieve ontwikkeling van het toerisme, Vlieland was vanuit Harlingen goed bereikbaar en met Duinker deed zich de mogelijkheid voor om te kunnen bouwen.

Voorzieningen:
Lange tijd hebben de huisjes op Duinkersoord geen waterleiding, geen elektriciteit, geen gas en geen riolering. En ook geen gemeentereiniging die het huisvuil ophaalt. Het huisvuil wordt ergens op het terrein in een kuil gedeponeerd en af en toe in brand gestoken. Water wordt met een waterpomp omhoog gepompt, dikwijls naar een tank op zolder. Voor de verwarming worden eerst allesbranders gebruikt, later gevolgd door oliekachels. Gekookt wordt op petroleumstellen en ook de verlichting draait op petroleum. Later komen de Butagas flessen.

In de jaren 60 wordt het comfortabeler. In 1960 wordt Duinkersoord aangesloten op de drinkwaterleiding en in 1965 komen er ook elektriciteitsaansluitingen. In 1971 wordt het zomerhuizenterrein aangesloten op de gemeentelijke afvaldienst. In 1986 worden aardgasleidingen aangelegd in combinatie met de aanleg van kabel-TV. En in 1995 tenslotte wordt het zomerhuizenterrein aangesloten op de gemeentelijke riolering en komt er een einde aan het legen van beerputten en septic tanks.

Verhuur:
Na de oorlog bedenkt een van de huiseigenaren op Duinkersoord dat hij meer huisjes wil, om te gaan verhuren. Vanaf 1950 tot midden jaren 60 bouwt en koopt ondernemer Jan van der Schoot huisjes specifiek voor de verhuur. Uiteindelijk heeft hij 22 huisjes. Hij sluit een huurcontract af met de voorlopers van het huidige Aegon die de huisjes beschikbaar stellen voor hun werknemers. De nazaten van Jan van der Schoot hebben zijn bedrijf later uitgebouwd tot het huidige ‘Bungalowverhuur Zevenster’.

In 1955 overlijdt Nanning Willem Duinker op 91-jarige leeftijd. Hij wordt op Vlieland begraven. In 1967 verkoopt de Exploitatiemaatschappij van de familie Duinker het houten deel van het strandhotel aan de heer A.J.D. Beekman, sinds 1950 pachter en inmiddels ook al eigenaar van een nieuwe stenen vleugel die aan het strandhotel is aangebouwd. In 1978 verkoopt de familie Duinker de aandelen van de Exploitatiemaatschappij aan de nieuw opgerichte ‘Vereniging van Huiseigenaren Noordzeeduinen Vlieland’.

Veel van de oorspronkelijke huisjes zijn in de loop der jaren vervangen door nieuwe huizen. Maar er zijn ook nog enkele authentieke huisjes te vinden.

Er wordt door de huiseigenaren een wegenfonds ingesteld waardoor het zanderige en nauwelijks begaanbare wegennet op Duinkersoord gewijzigd wordt in begaanbare schelpenpaden. In 1996 – aan het einde van Duinker’s 75-jarige erfpachtcontract – wordt de Exploitatiemaatschappij ontbonden en wordt de onderneming voortgezet door de Stichting Beheer Erfpacht Duinkersoord die met Staatsbosbeheer een nieuw erfpachtcontract sluit.

Duinkersoord nu:
Op Duinkersoord staan nu 170 huisjes, waaronder 25 op het terrein ‘De Kaap’ in de duinpan aan de voet van Kaap Bol. Hier werden sinds de jaren 50 in het kampeerseizoen tenthuisjes geplaatst. In 1981 besluit de Gemeente Vlieland dat dit voortaan permanente huisjes mogen worden. Het aantal huisjes op
Duinkersoord is al decennia door de Gemeente Vlieland gemaximeerd om de kwaliteit en het bijzondere karakter van het zomerhuizenterrein te behouden. Omdat Duinkersoord ‘vol’ was besluit de Vlielandse gemeenteraad in 1957 om op het terrein ten westen van Duinkersoord zomerwoningen te bouwen.

In 1963 wordt gestart met de bouw van de eerste huisjes. Omdat de minister van Landbouw bezwaar had gemaakt tegen bebouwing die relatief veel terrein vergt, was een compromis bereikt: 24 (uiteindelijk 25) zomerhuisjes voor particulieren zouden op de gebruikelijke wijze worden gebouwd (Vliepark), het overige gedeelte (Ankerplaats, vernoemd naar de toenmalige burgemeester Adriaan Anker) moest intensief bebouwd worden met 40 eenvoudige bungalows, geschikt voor ‘sociaal toerisme’. De ‘Stichting Recreatiebelangen Vlieland’ (SRV) – de beheerder van kampeerterrein Stortemelk – ging de huisjes bouwen en exploiteren. In 1998 besluit de SRV om de huisjes te verkopen aan particulieren om zo geld vrij te maken voor een kwalitatieve verbetering van Stortemelk.

Inmiddels zijn de huisjes al lang geen ‘zomerwoningen’ meer en worden nagenoeg alle huisjes het hele jaar door gebruikt door eigenaren en huurders/gasten. Veel van de oorspronkelijke huisjes zijn in de loop der jaren vervangen door nieuwe huizen. Maar er zijn ook nog steeds enkele authentieke huisjes te vinden.

Voor wie meer wil weten over de geschiedenis van Duinkersoord, De Kaap, Vliepark en Ankerplaats en over de geschiedenis van de individuele huisjes: 2 juni 2022 verschijnt een volledig nieuw en uitgebreid naslagwerk met de geschiedenis van alle duinhuisjes op Vlieland van Noor Kruys-Harkema & Pieter van de Vliet.

In 2012 verscheen “Vlieland Duinhuisjes On(T)roerend Goed”.


Vlieland Duinhuisjes (*) – Noor Kruys-Harkema – Flevomedia Harlingen (2e herziene druk 2015) – ISBN: 9789491276064

Duinkersoord, Vliepark, Ankerplaats, de Kaap, de Bosrand. Hoe is dit alles ontstaan? Wie waren de pioniers die de eerste huisjes lieten bouwen en in welk jaar werd hun huisje precies gebouwd? En de volgende huisjes – wanneer werden die gebouwd, door wie en voor wie? Wie was de ontwerper of architect? Waarom koos met juist voor Vlieland Wat is de herkomst van de naam van het huis? In dit boek vindt u bijna alle antwoorden.


Samen verhalen vertellen – Een lessencyclus over documentaire fotografie (*1) – Peter van Tuijl – (2021)

E boek DF ver1_0 – E boek DF ver1_0

 

Fotobond (fotobonddigitaal.nl/in-beeld-108): MENTORATEN – DOOR LOUIS VISSEREN, TAAKGROEP OPLEIDINGEN EN SPREKERS.

Wat is eigenlijk Documentaire Fotografie? Het is best lastig om een sluitende definitie te geven. Zoals met alle begrippen in de fotografie blijken er in de praktijk zoveel variaties, dat een scherpe afbakening niet te doen is.

Ik kan wel een paar kenmerken geven: Documentaire fotografie levert foto’s die ‘over’ iets gaan in plaats van foto’s die ‘van’ iets gemaakt zijn. Met documentaire fotografie vertelt de fotograaf iets ‘over’ een verschijnsel of een situatie en doet hij geen verslag ‘van’ een gebeurtenis, zoals dat het geval is bij ‘Journalistieke fotografie’.

Een journalist informeert zijn publiek over gebeurtenissen, waarbij strengere eisen gelden. Hij moet de werkelijkheid weergeven. Daarvoor moet hij op het juiste moment en op de juiste plaats zijn om zijn werk te kunnen doen. Ook al doet de journalistieke fotograaf zijn werk integer, dan nog kan hem een zekere bias verweten worden. Maar hier wil ik het nu niet over hebben.

De documentaire fotograaf heeft veel meer vrijheid. Hij kan zich voorbereiden door studie te maken van zijn onderwerp en in de geschiedenis te duiken om achtergronden op te halen. Hij mag zijn foto’s regisseren, is niet gebonden aan een chronologische verslaglegging en mag dingen naar zijn hand zetten. Het verhaal moet wel gebaseerd zijn op de werkelijkheid, maar hoeft die niet objectief weer te geven. Juist de visie van de fotograaf maakt het verhaal interessant.

Ook de vorm geeft de fotograaf veel vrijheid. Bestaand materiaal gebruiken, teksten schrijven, video en audio gebruiken, kunnen de presentatie van het verhaal ten goede komen. Vanzelfsprekend komt ervaring in de verschillende genres goed van pas. Je kunt denken aan portretten, straatfotografie, stillevens en landschappen. Documentaire fotografie past dan ook veel beter bij de ambities van de vrijetijdsfotograaf dan journalistieke fotografie.

Bij documentaire fotografie gaat het om het verhaal dat je wil vertellen. Niet per se om het maken van ‘mooie’ foto’s. De foto’s moet je niet op zichzelf staand beoordelen, maar steeds in hun samenhang, in een serie, of soms nog beter in een boek.

 

Ton Hendriks (www.tonhendriks.nl):
Wat is Documentaire Fotografie? Een kleine poging tot formulering.

Documentaire fotografie is de vorm van fotografie die maatschappelijke verhalen als onderwerp heeft. Onder maatschappelijke verhalen kan worden verstaan alle verhalen over de sociale, etnische, psychologische situatie van mensen binnen de context van de verhoudingen in de historische wereld. Documentaire fotografie toont in beelden (en eventueel teksten en films) verhalen over maatschappelijke posities van macht, onrecht, milieu, en andere grote thema’s, maar ook van kleine thema’s binnen het maatschappelijk kader van onderlinge verhouding van individuen, psychosociale onderwerpen, het tonen van onbekende levens en werelden van individuen en sociale groepen, (inclusief de wereld van flora en fauna indien dit historisch is).

Het doel van de documentaire fotografie is het oproepen van maatschappelijk debat, het geven van nieuw inzicht op maatschappelijk en historisch gebied, het sensibiliseren van de kijker voor thema’s die de loop van de menselijke geschiedenis beïnvloeden.

In mijn boek Beeldspraak zeg ik erover: “De documentaire fotografie streeft er naar zich over de sociaal-maatschappelijke werkelijkheid uit te spreken, om informatie te geven en een visie te leveren in een politieke of sociale context. (..) De documentaire fotografie gaat uit van het medium als een venster op de werkelijkheid. Uiteraard is dit een venster met een persoonlijk perspectief, maar de realiteit achter het beeld is het hoofdmotief.”
Op de website van Fotodok kun je het volgende lezen: “Documentairefotografie is het vertellen van een op feiten berustend verhaal aan de hand van foto’s, waarbij de maker zijn eigen stempel drukt op dit verhaal.”
Op de website van Academie St. Joost wordt de student aangesproken met het volgende: “We dagen je uit om vanuit je nieuwsgierigheid en maatschappelijke betrokkenheid – met stilstaand en bewegend beeld – inhoud en betekenis te geven aan de plaats van de documentaire in het hedendaagse medialandschap. De belangrijkste kracht van de documentairemaker is een kritische blik op de buitenwereld.” De betrokkenheid en kritische blik blijken hier belangrijke facetten.
Op de Open Society Foundation website lees je: “Documentary photography follows a single topic or story in-depth over time, as opposed to photojournalism’s real-time coverage of breaking news and events. By deepening our understanding and emotional connection to stories of injustice, documentary photography can capture and sustain public attention, and mobilize people around pressing social and human rights issues.” In deze tekst wordt het diepgaande en langdurige karakter van een goede documentair project benadrukt.
In deze bovenstaande definitie klink nog geen woord van de moderne twijfel en veranderingen die in het debat zijn ontstaan. Daarover het volgende.

Maartje van den Heuvel zegt in het boek Documentaire nu!: ”In de jaren zestig en zeventig, mede onder invloed van de alom aanwezige revolutionaire stemming, was en goede documentaire fotograaf links georiënteerd en vanuit een activistisch standpunt ooggetuige van mistoestanden. (…)”. Later veranderde dat. Van den Heuvel: “Met name in de museale omgeving is een laboratorium ruimte ontstaan waarin het documentaire beeld wordt geanalyseerd, becommentarieerd en op nieuwe wijze ingezet.” In haar stuk legt ze alle nieuwe strategieën uit, waarvan je kunt zeggen dat het vaak museale, dus autonome strategieën zijn. Zij noemt bijvoorbeeld Jeff Wall, die de beeldtaal onderzoekt van de documentaire foto. Zij noemt een groot aantal kunstenaar die het medium fotografie onderzoeken op hun het documentair gehalte. We zien meer en meer commentaren en autonome onderzoeken op de documentaire fotografie. Op het moment dat deze onderzoeken puur om de beeldtaal gaan, acht ik het een autonoom onderzoek. Immers het thema is niet meer de maatschappij, maar het medium zelf. Interessant, nodig, maar hors du champs.
De huidige ontwikkelingen in de documentaire fotografie hebben wel duidelijk gemaakt dat er geen objectieve waarheid valt bloot te leggen met het beeld. Ook de documentaire foto is een subjectief beeld, genomen vanuit de visie van de fotograaf. Deze visie neemt echter niet weg dat de fotograaf de hem onringende historische en sociaal gedeelde wereld tot onderwerp heeft en als onderliggende thema de onderlinge menselijke verhoudingen heeft.

Fred Ritchin zegt over in After Photography dat de huidige – digitale – documentaire fotografie niet meer als een eenduidige venster op de werkelijkheid gezien kan worden, omdat een foto meerdere verwijzingen kan bevatten en geen aanspraak meer doet op de werkelijkheid. Maar dat neemt niet weg dat de maatschappelijk uitgangspunt blijft bestaan. En Jorge Ribalta zegt in The Meaning of Photography: “Fotografie zonder realisme is irrelevante fotografie, letterlijk dood, want ze mist haar historische missie en mogelijkheid om een opinie te scheppen en sociale transformatie te stimuleren.”
De museale ontwikkeling die de documentaire fotografie heeft ondergaan beschrijft Frits Gierstberg als het gevolg van de algemene vervaging van de grenzen tussen feit en fictie. De huidige documentaire fotografie houdt volgens hem het midden tussen klassiek reportage en een autonome vorm. In alle discussies zien we een verruiming maar ook vervaging van wat documentaire is. First Gierstberg zegt: “Misschien wordt de documentaire door haar artificialiteit wat meer ‘discourse’ dan ‘document.’ (..) Maar wie maakt zich in het postmediale tijdperk nog druk over definities?”
Maar dat is veel te gemakkelijk. Dit is de ultieme verwatering van documentaire fotografie de lofzang toezingen. Alle experimenten zijn zinvol en scheppen een nieuwe taal. Maar het uitgangspunt van de documentaire fotografie moet het maatschappelijk, historische verhaal blijven en niet gelijkgesteld worden met eveneens zinvolle, maar autonoom van karakter zijnde, onderzoeken naar de beeldtaal van de fotografie.


Verhaal in beeld. Handleiding voor documentaire fotografie (*) – Martien de Man – Stichting Beeldende Amateurkunst (SBA) (2003) – ISBN: 9080200778

Een uitgave van S.B.A. (Stichting Beeldende Amateurkunst). De hoofdstukken van dit boek verschenen eerder als losse artikelen in het blad Fotografie.

De tekst van het boek is gebaseerd op de cursustekst “Documentaire Fotografie”, samengesteld en geschreven door Hans Zoete en Rien Welman, in opdracht van S.B.A.. De cursus Documentaire Fotografie is in de jaren 1998 – 2002 op een aantal plaatsen in Nederland georganiseerd. De docenten waren: John Lambrichts, Willem Vermeulen, Hans Zoete, Chris de Bode en Carl Uytterhaegen.

Hieronder volgt een korte samenvatting van de stappen in dit boek. Het lijstje kan gebruikt worden als een snel te raadplegen handvat bij het opzetten van een documentaire.

Checklist voor de fotograaf:
1 Onderwerp: Maak een lijstje van haalbare onderwerpen die je interessant genoeg lijken om een serie foto’s over te maken.
2 Context: Bedenk bij ieder onderwerp op de lijst de context waarin je het gepresenteerd zou willen zien: een expositie in een clubhuis of andere locatie, fotoserie in een clubblad of magazine, dia-projectie, enz..
3 Thema: Bedenk bij ieder onderwerp een thema dat ook past bij de context.
4 Vorm: Bedenk bij ieder onderwerp een vorm, een manier waarop je het wil fotograferen, die past bij en haalbaar is voor de context, het onderwerp en het thema.
5 Draaiboek: Maak voor één of meerdere onderwerpen een globaal scenario ofwel draaiboek met het gekozen thema, de context en de vorm als leidraad; wat en wie wil je fotograferen en waar? Welke situaties, welke handelingen, welke arbeid, enz..
6 Bespreken: Ga één of meerdere scenario’s bespreken met degenen die het aan gaat of die er wat zinnigs over kunnen zeggen. Verzamel informatie, suggesties en ideeën. Controleer met hen je scenario, vorm, thema en context op haalbaarheid. Pas je scenario aan.
7 Apparatuur: Bepaal welk materiaal en welke apparatuur je gaat gebruiken. Controleer je apparatuur en materiaal. Schiet zo nodig een testfilm.
8 Fotograferen: Tijd om te gaan fotograferen! Experimenteer met je gekozen vorm. Doe het rustig aan. Bekijk al je gemaakte opnames goed en leer van je fouten.
9 Toestemming: Houd rekening met de privacy van personen, vraag desnoods eerst om toestemming.
10 Informatie: Verzamel informatie bij je opnamen, vraag namen van de mensen die je fotografeert en neem bijvoorbeeld brochures en nieuwsbrieven mee. Dit komt allemaal van pas om later zinnige teksten bij je foto’s te kunnen maken.
11 Selectie: Maak een kritische selectie van je opnamen en kijk wat je nog mist.
12 Teksten: Kijk of je voldoende informatie bij je foto’s hebt en verzamel nog missende informatie voor het maken van je teksten.
13 Kritiek: Laat de serie van je foto’s en teksten door anderen bekritiseren, liefst ook door degenen die je gefotografeerd hebt. Maar onthoud: jij bent de fotograaf en maakt de uiteindelijke keuzes.
14 Preseteren: Werk ondertussen ook aan je presentatie of publicatie.

Checklist voor de beschouwer:
1 Onderwerp: Spreekt uit de serie een gedachte over het onderwerp?
2 Context: Is het werk, gezien het onderwerp, op de juiste plek of in het juiste medium terecht gekomen?
3 Thema: Is binnen het onderwerp gezocht naar een thema en is dit consequent vastgehouden. Kloppen de keuzes bij het thema.
4 Vorm: Onderstreept de beeldtaal dat wat de fotograaf wil vertellen en uitdrukken en past de beeldtaal bij het thema?
5 Draaiboek: Is bewust gekozen voor de juiste momenten, plekken en situaties?
6 Bespreken: Zijn de relevante aspecten van het onderwerp aan bod gekomen?
7 Apparatuur: Zijn de foto’s technisch voldoende? Was de gebruikte apparatuur passend bij de onderwerp, thema en vorm keuze?
8 Fotograferen: Vormen de foto’s samen een eenheid, maar is er ook voldoende afwisseling?
9 Toestemming: Was de fotograaf indringend, maar niet onbetamelijk?
10 Informatie: Weet de fotograaf voldoende van het onderwerp, en is dit terug te zien in de keuzes van momenten en situaties?
11 Selectie: Vormt de serie een eenheid met voldoende afwisseling. Zit er niet te weinig maar ook niet te veel informatie in de serie?
12 Teksten: Heeft de serie een titel, een inleiding en bijschriften? Maken die de serie interessanter? Voegen de teksten iets toe aan de foto’s of beschrijven ze alleen de foto?
13 Kritiek: Klopt de informatie in tekst en beeld, en spreekt daaruit ook de bedoeling van de fotograaf?
14 Presenteren: Is de presentatie mooi en passend?


Focus op fotografie: Perfect belichten (*) – Nando Harmsen – Van Duuren Media (2021) – ISBN: 9789463562157

Heb jij wel eens een foto die niet goed belicht is? Of weet je niet goed hoe je een foto die niet goed belicht is moet corrigeren? Dan is dit boek ideaal voor jou. Je leert de relatie tussen diafragma, sluitertijd en ISO en hoe je ze helemaal naar je hand kunt zetten om perfect belichte foto’s te krijgen.

Professioneel fotograaf en docent Nando Harmsen vertelt je alles over hoe het licht gemeten kan worden en hoe je de belichting daar het beste op aanpast. Met behulp van veel afbeeldingen en tekeningen laat hij je zien hoe je een belichting kunt beoordelen en manipuleren. Je krijgt de informatie om de belichting precies te krijgen zoals je wilt. Je leert de beste instellingen van je camera, hoe je werkt met de belichtingsdriehoek, hoe je het histogram gebruikt en hoe je in alle lichtsituaties een perfect belichte foto kunt krijgen. Alles wordt in heldere bewoordingen uitgelegd, met behulp van veel adembenemende foto’s, voorbeelden, grafieken en diagrammen. Elk deel wordt afgesloten met een aantal opdrachten om zelf aan de slag te gaan.

Het niveau is voor de beginner, gevorderde beginner en serieuze vrijetijdsfotograaf.


Bureaucratics – Jan Banning – Nazraeli Press (2008) – ISBN: 9781590052327

Foto’s van overheidsdienaren op hun werkplek in India, Rusland, Bolivia, Liberia, Frankrijk, Jemen, de Verenigde Staten en China.

Von 2003 bis 2007 hat der Fotograf Jan Banning zusammen mit dem Publizisten Will Tinnemann Verwaltungsangestellte in ihren Büros fotografiert und dafür verschiedene Länder auf allen Kontinenten besucht – Bolivien, China, Frankreich, Indien, Jemen, Liberia, Russland und die USA. Nicht den Zentren der Macht galt ihr Interesse, sondern dem Millionenheer von namenlosen Beamten, die in Staatsapparaten unterschiedlichster Prägung die Räder am Drehen halten – Genehmigungen ausstellen, Führerscheine verlängern, Rentenansprüche prüfen, jeder kennt das.
Dass es diese Bilder gibt, ist fast unglaublich. Man kann nur ahnen, welche bürokratischen Hürden zu überwinden waren, um Zutritt zu erhalten, Interviews führen und Fotos machen zu können. Will Tinnemann berichtet davon in seinem Vorwort.
Uns stehen die Türen zu vielen Büros jetzt aber weit offen. Wir brauchen keine Genehmigung, müssen keinen Ausweis vorzeigen, können einfach eintreten und uns umsehen, alles ganz genau betrachten, das Mobiliar, die technische Ausstattung, die Bilder an den Wänden, die Ordnungsprinzipen für Akten und Papiere, Kleidung, Haltung und Gesichter der Angestellten.
So unterhaltsam, komisch und lehrreich war die Begegnung mit Bürokratie noch nie.

 

Het Oordeel is de eerste tentoonstelling die we openen sinds de meest recente lockdown. We hopen dat we juist nu kunnen laten zien wat fotografie vermag. Zoals Maxim Februari het zo krachtig verwoordde in zijn column in NRC: ‘Je kunt kunst zien als een kom met een goudvis die je na een lange vakantie uit het asiel haalt om weer ter decoratie op het buffet terug te zetten, maar daarmee heb je de verhoudingen toch niet helemaal juist getroffen. De kunst is een slagveld. In de kunst levert de mens strijd met verlorenheid, liefde, existentiële twijfel, geluk en mislukking.’ Dit geldt zeker voor het werk van Jan Banning. Daarom komt Het Oordeel zo aan, grijpt je bij je lurven. En laat je niet meer los. Kijk maar zelf.


Samen Verhalen Vertellen – Een lessencyclus over documentaire fotografie – Peter van Tuijl – Versie 1.1 2022 (*1)

LEERBOEK DOCUMENTAIRE FOTOGRAFIE versie 1.1 mei 2022 – Peter van Tuijl

LEERBOEK DOCUMENTAIRE FOTOGRAFIE juli2022 – LEERBOEK DOCUMENTAIRE FOTOGRAFIE juli2022

Van: Peter Tuijl van <fotopetervantuijl@gmail.com>
Verzonden: maandag 27 juni 2022 18:44
Aan: Peter van Tuijl <info@fotopetervantuijl.nl>; Peter Tuijl, van <fotopetervantuijl@gmail.com>
Onderwerp: E boek documentaire fotografie vernieuwd

Beste E-boek gebruiker/lezer

In het afgelopen jaar heb je een aanvraag gedaan voor het downloaden van het E-boek Lessenserie Documentaire Fotografie. Als zodanig sta je geregistreerd als gebruiker van het E-boek.

Met dank aan André Bergmans voor het correctiewerk is het digitale boek op een aantal taalfouten gecorrigeerd en is er hier en daar de tekst veranderd en daardoor hopelijk duidelijker geworden. Bovendien zijn er enkele linkjes toegevoegd of als ze niet (meer) goed werken gewijzigd.

Iedere gebruiker van het boek ontvangt hierbij een link om het vernieuwde boek te downloaden.

Het nieuwe boek heeft als titel

LEERBOEK DOCUMENTAIRE FOTOGRAFIE versie 1.1 mei 2022 en heeft een andere cover (zie foto hieronder)

Mocht je een vraag of opmerking hebben, stuur me gerust een mail.

Met vriendelijke groet

Peter van Tuijl

websites
www.fotopetervantuijl.nl
www.blog.fotopetervantuijl.nl

e-mail
info@fotopetervantuijl.nl
fotopetervantuijl@gmail.com


Typisch Nederland (*) – Jan Dirk van der Burg – Nai010 Uitgevers/Publishers (2022) – ISBN: 9789462086661

Typisch Nederland rekent seriematig af met het idee dat Nederland zo’n normaal land is. Het immer nutteloze slingerhekje, de veelzijdigheid van het polderboeddhisme, het gecamoufleerde klikoleven of de solitaire palmboom in de onderhoudsarme voortuin: droogkomische reflecties van het Nederland dat iedereen herkent, maar nog nooit zo bij elkaar heeft gezien. Jan Dirk van der Burg, Fotograaf des Vaderlands (2018 – 2022) en bekend van NRC en de Volkskrant, doorkruiste de afgelopen jaren het land op zoek naar de hoogtepunten van onze ongewone alledaagsheid. Het Nederland waar de drang om zich te onderscheiden en de drang om ergens bij te horen vechten om aandacht. Het fotografische goud wat daartussen ligt is tevens de gevaarlijkste bijwerking van dit boek: u zal nooit meer op dezelfde manier om u heen kunnen kijken. En dat is fantastisch.

Op zaterdag 9 juli 2022 de expositie in het Nederlands Fotomuseum bezocht.


Eregalerij van de Nederlandse fotografie (*) – Tentoonstellingsgids – Nederlands Fotomuseum (2021)

In de Eregalerij van de Nederlandse fotografie vind je 99 onderscheidende foto’s, die maatschappelijke en artistieke impact hebben en betekenisvol zijn voor de fotografie in Nederland.

Deze gids hoort bij de Eregalerij van de Nederlandse Fotografie. Deze vaste tentoonstelling is in juni 2021 geopend in het Nederlands Fotomuseum.


(*) Betekent/denotes: In bezit.

(*1) Betekent/denotes: In bezit als PDF/Kopie.